In 2001 werden de Bijdragen en Mededelingen van de vereniging Gelre vanaf het begin (1898) tot 1998 op twee CD-roms uitgebracht. Op de ene stonden de jaren 1898-1960 en op de andere 1961-1998. Dat was toen de geijkte methode om de inhoud van die bijna negentig jaarboeken op een makkelijke manier voor een groter publiek bereikbaar te maken. De onderzoekers konden ze nu eenvoudig thuis op de computer raadplegen.
Nu, ruim twintig jaar later, zijn die CD-roms eigenlijk volledig obsoleet geworden, voornamelijk omdat de meeste computers en laptops tegenwoordig geen mogelijkheid meer hebben om die nog af te spelen.
Daarom is het ook zo’n fantastisch idee om die jaarboeken – in ieder geval tot en met 1960 – via Delpher digitaal ter beschikking te stellen. Daarmee zijn de eerste 59 delen (delen I-LIX) van het jaarboek volledig doorzoekbaar geworden, in een algemeen en openbaar medium. In die jaarboeken werd conform de statuten van de vereniging de mogelijkheid geschapen om verhandelingen (‘Bijdragen’ genoemd) en de teksten van oorspronkelijke stukken te publiceren, die onder de noemer ‘Mededelingen’ begrepen werden. Het ging dus om wat we tegenwoordig artikelen zouden noemen en om het uitgeven van bronnen. De inhoud van de Bijdragen en Mededelingen is bij twee gelegenheden geanalyseerd, één keer ter gelegenheid van het eeuwfeest van de vereniging in 1997 en later nog een keer bij het uitkomen van het honderdste jaarboek in 2009.[i] Daaruit blijkt dat er in honderd jaar in totaal 1033 artikelen van meer dan 5 pagina’s zijn verschenen, met een omvang van 24.991 bladzijden.
Daarbij valt op dat het publiceren van bronnen in de loop van die periode steeds minder vaak voorkwam, en zich voornamelijk voordeed in de vooroorlogse fase. Dat neemt niet weg dat ook tegenwoordig nog bronteksten in de BMG te vinden zijn, maar dan meestal als bijlage bij een artikel.
Bij nader inzien kunnen veel van die bronnen op het conto geschreven worden van dr. Johannes Simon van Veen, die na een korte carrière in het onderwijs in 1891 bij het toenmalige Rijksarchief in Gelderland een aanstelling kreeg.[ii] Daar hield hij zich voornamelijk bezig met het maken van briefregesten van de correspondentie van het Hof van Gelre en Zutphen uit de jaren 1543-1600. Die tienduizenden regesten – aanvankelijk fiches Van Veen genoemd – zijn tegenwoordig via de website van het Gelders Archief voor iedereen makkelijk te raadplegen, als een warefundgrube voor die bijzondere fase in de Gelderse geschiedenis. In 1897 nam hij het secretariaat van de nieuwe vereniging Gelre op zich, een functie die hij tot zijn dood in 1934 zou blijven vervullen, 37 jaar lang.
Bijzonder was ook dat het bestuur nog heel lang als redactie van het jaarboek optrad, en Van Veen derhalve als secretaris daarbinnen een sleutelrol vervulde, op een manier die ook nu nog bewondering en ontzag inboezemt. In ieder deel van de BMG uit zijn ambtsperiode (1898-1935) komen een of meer bijdragen van zijn hand voor, in totaal wel 79 artikelen met een omvang van 1.648 bladzijden. Dat was echter nog niet alles, want hij nam ook vele publicaties in andere historische tijdschriften en jaarboeken voor zijn rekening. Op zijn naam staat dan ook in totaal het ongelofelijke aantal van 765 publicaties.[iii]
Daaronder vielen ook vele tientallen zogenaamde bladvullingen in de BMG, meestal in de vorm van korte berichten van een circa halve tot twee pagina’s, meestal kleine bronpublicaties. Die waren vaak gebaseerd op de vondsten die hij bij zijn werk in de archiefbronnen aantrof.
Per jaarboek konden dat er wel twintig zijn. Hoewel ook andere bestuursleden daaraan bijdroegen, kan vastgesteld worden, dat een groot deel daarvan ondertekend werd met de stereotiepe afkorting ‘J.S.v.V’. Al die bladvullingen zijn niet meegenomen in die latere analyses van de inhoud van de BMG, omdat ze niet aan het minimum criterium van een omvang van 5 bladzijden voldeden. Daar die bladvullingen geregeld toch wel bijzondere informatie bevatten, leek het mij goed daar in dit kader eens speciale aandacht voor te vragen, zodat toekomstige onderzoekers daar bij de raadpleging van de digitale versie van de BMG met vrucht gebruik van kunnen maken.
Frank Keverling Buisman
[i] A.E.M. Janssen, ‘Naar aanleiding van een eeuw Gelre. Geschiedbeoefening door middel van ‘verhandelingen’ en ‘oorspronkelijke stukken’, in: F.W.J. Scholten e.a. (red.), Honderd jaar Gelre. Vereniging tot beoefening van Gelderse geschiedenis, oudheidkunde en recht, 1897-1997. Jubileumbundel, Werken Gelre 50 (Hilversum 1997) 213-243; Idem, ‘Gelre in honderd delen. Regionale geschiedbeoefening door middel van “bijdrage en mededelingen” in de periode 1898-2009’, Bijdragen en mededelingen Gelre 100 (2009) 9-51.
[ii] C.C. van der Woude, ‘Dr. Johannes Simon van Veen (1858-1934)’, in: F.W.J. Scholten (red.), Honderd jaar Gelre, 101-105.
[iii] Zie hiervoor: P. Gouda Quint, Grondslagen voor de Bibliographie van Gelderland, Werken Gelre 5 (Arnhem 1910), Vervolgdeel 1910-1926, Werken Gelre 17 (Arnhem 1927) en Tweede Vervolgdeel 1926-1940, Werken Gelre 22(Arnhem 1942).