Gelre bestaat deze maand 125 jaar. Het is een mooie leeftijd voor een historische vereniging, al zijn we vergeleken met onze zusterverenigingen in Overijssel, Limburg en het aangrenzende Geldern in Duitsland de jongste. Het zijn verenigingen die in de negentiende eeuw, de eeuw waarin nationale staten zich vormden en hun identiteit benadrukten, voortkwamen uit het besef dat regio’s buiten het nationale centrum hun eigen geschiedenis hadden. Het is dan ook geen toeval dat in Nederland de oudste historische verenigingen vrijwel zonder uitzondering buiten de Randstad te vinden zijn. Daar was de behoefte aan een eigen geschiedverhaal het sterkst.
Het is tevens de maand, zelfs de dag, waarop Verhaal van Gelderland ten doop wordt gehouden. Het is de eerste geschiedenis die het verhaal van de grootste provincie van Nederland vertelt van het begin – Gelderland voor het Gelderland werd – tot in onze tijd. Na Willem van Berchen in de vijftiende eeuw en Pontanus en Van Slichtenhorst in de zeventiende eeuw is er nooit meer een samenhangende geschiedenis van Gelre / Gelderland geschreven.
Als historische vereniging die als doel heeft (aldus de statuten) de ‘beoefening van Gelderse geschiedenis, oudheidkunde en recht’ en dat wil bereiken door middel van publicaties en andere activiteiten is het verschijnen van zo’n geschiedenis een gebeurtenis die het belang van ons lustrum overstijgt. We zijn blij dat Gelre op allerlei manieren betrokken is bij dat mooie project: diverse leden hebben meegewerkt als auteur of redacteur. Dolly Verhoeven, voorzitter van de redactie van de Bijdragen en Mededelingen (BMG), ons 124 jaar oude Jaarboek, heeft als initiator, projectleider, hoofdredacteur én auteur een centrale rol gespeeld. Als iemand lof verdient voor dit project is zij het wel.
Gelre heeft ook bijgedragen door de publicaties die in die 125 jaar geschiedenis zijn verschenen. In de literatuurlijst van Verhaal van Gelderland struikel je haast over artikelen uit BMG en boeken die zijn verschenen in de ‘Werken Gelre’. Wat in al die jaren is geschreven en gepubliceerd in losse publicaties, komt nu samen in een indrukwekkend verhaal over mensen en de wereld waarin ze leefden dat zich over vele eeuwen uitstrekt.
In dit lustrumjaar, zo hebben we ons voorgenomen, willen we al die publicaties voor een breed publiek toegankelijk maken. We zijn daarmee heel ver: alle afleveringen van de BMG zijn gedigitaliseerd. De jaargangen tot 1960 zijn al toegankelijk via Delpher, de jaargangen vanaf 1960 zijn wel gedigitaliseerd maar nog niet online. Voor dat mogelijk is moeten we nog toestemming krijgen van de auteurs en moeten we vaststellen of we de rechten hebben om illustraties online te publiceren. Daaraan wordt nu hard gewerkt en in het voorjaar van 2023 denken we alle jaargangen van ons Jaarboek online aan te bieden. De 65 delen in de ‘Werken Gelre’ volgen hopelijk zo snel mogelijk daarna.
Wie zich verdiept in de geschiedenis, realiseert zich vaak dat de grote vragen in deze tijd en de opgaven waarvoor wij staan lang niet altijd nieuw zijn. Mensen hebben in het verleden voor hete vuren gestaan, leren omgaan met problemen van hun tijd en oplossingen gevonden om verder te kunnen. Gelre stelt zich als doel zich te verdiepen in het verleden, zo melden de statuten. Wat mij betreft voegen we daaraan toe dat we dat doen met de blik naar de toekomst, vanuit het besef wat deze tijd van ons vraagt.
Johan Oosterman, voorzitter Vereniging Gelre