nieuwsbrief 13

Woord vooraf nieuwsbrief 13

Nijmegen was de grootste stad van Gelre in de middeleeuwen en behoorde zeshonderd jaar geleden tot de meest imponerende en grootste steden van de Nederlanden. Vandaag de dag is er zo op het eerste gezicht niet heel veel van overgebleven: velen kennen de Nicolaaskapel, de Mariënburgkapel, de Commanderie van Sint Jan, de torens in het Kronenburgerpark en zeker de Stevenskerk. Mooie gebouwen, vaak grondig gerestaureerd of zelfs volledig herbouwd na de verwoestingen in de Tweede Wereldoorlog. Maar verder is er weinig te zien. Tot je rondwandelt met een goede gids. Dat deden we tijdens de excursie van de Vereniging Gelre op 4 september van dit jaar: Hettie Peterse, senior beleidsadviseur cultuurhistorie van de gemeente Nijmegen, wees ons op sporen van de middeleeuwse stad, liet een indrukwekkende gotische gevel zien, toonde ons de verborgen kant van de geschiedenis. De zoektocht naar die verborgen geschiedenis is vaak minstens zo fascinerend als het aanschouwen van gave gebouwen en stadsgezichten. Die zijn vaak evenzeer getekend door de geschiedenis, al doen ze alsof er niets gebeurd is. Geschiedenis laat sporen na en die sporen vertellen allemaal hun eigen verhalen.

De Vereniging is ooit, nu 124 jaar geleden, opgericht om die verhalen over Gelderland en het hertogdom Gelre zichtbaar te maken. Al snel, in 1898, verscheen de eerste Bijdragen en Medeelingen, drie jaar later, in 1901, verscheen het eerste deel in de Werken Gelre (Aanteekeningen betreffende de kerk van Hattem door A. Hoefer) en enkele jaren geleden verscheen de eerste digitale Nieuwsbrief Gelre. We koesteren deze drie en zijn daarom blij dat ze alle drie regelmatig verschijnen, ook al zijn er soms haperingen. Na 2010 duurde het tot 2019 voor er een nieuwe uitgave verscheen als deel 62 in de Werken Gelre (R. Bosch, Stedelijke macht tussen overvloed en stagnatie), maar deel 63 is inmiddels verschenen, deel 64 staat op stapel, en ook in 2022 verschijnen er nieuwe ‘Werken Gelre’. Ook de nieuwsbrief liet langer op zich wachten dan we wensten. Rond de zomer hadden we willen verschijnen, maar het werken in tijden van corona viel ons, zoals vrijwel iedereen zwaar, en we hebben deze ‘zomernieuwsbrief’ uitgesteld tot een herfstnieuwsbrief. Wel verschijnt er in december nog een derde nieuwsbrief. Volgende jaar moeten het er vier worden. 

De Bijdragen en Mededelingen zijn de vaste waarde van Gelre, en op de website staat ‘het jaarboek verschijnt altijd in de maand december’. Zelfs dat loopt dit jaar anders: door het papiertekort waarmee drukkers momenteel kampen, loopt het Jaarboek vertraging op. Spijtig, want het wordt weer een mooi Jaarboek, net als afgelopen jaar met heel wat illustraties in kleur. In de nieuwsbrief van december laten we weten wanneer de volgende Bijdragen en Mededelingen verschijnt en waar en wanneer we deze presenteren met een symposium. We zijn dan inmiddels aangeland in ons jubeljaar 2022. De Vereniging bereikt dan de leeftijd van 125 jaar. We zijn vol ambities: we hopen al onze publicaties online beschikbaar te kunnen stellen, we laten mooie publicaties verschijnen, en we hopen veel van onze leden te ontmoeten tijdens symposia en excursies, om naar verhalen te luisteren die de geschiedenis laten leven en om ons te laten leiden door goede gidsen.

Johan Oosterman, voorzitter Vereniging Gelre